Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen naderden de [1]hoofden der vaderen van de Levieten tot Eleazar, den priester, en tot Jozua, den zoon van Nun, en tot de hoofden der vaderen van de stammen der kinderen Israels; 1. Dat is, oversten over de geslachten der Levieten, welke drie waren, te weten: de Kahathieten, Gersonieten en Merarieten.